U bent hier
Op 23 november 2020 heeft Behoud de Parel een brief gestuurd naar de gemeente Horst aan de Maas (lees hier het artikel over die brief) , waarin de vereniging financiële steun vraagt om het fijnstofmeetprject MySense verder te kunnen ontwikkelen. Met de meetkit van MySense kan onder andere de mate van uitstoot van fijnstof bij bijvoorbeeld een IV (Intensieve Veehouderij)-bedrijf gemeten worden. De brief heeft er uiteindelijk toe geleid dat op 15 april 2021 een overleg plaatsvond van Behoud de Parel met de wethouders Roy Bouten en Eric Beurskens en een tweetal ambtenaren, waarin besporken is hoe de gemeente het meetproject kan ondersteunen en/of inzetten binnen de regio.
De ondersteuning vanuit de gemeente kan bestaan uit twee elementen: Als eerste gaat het dan om samenwerking in het realiseren van een meetnetwerk in de gemeente (in eerste instantie gericht op fijn stof, omdat het vooralsnog te ingewikkeld is gebleken ook andere meetinstrumenten/sensoren te gebruiken die voldoende betrouwbare informatie opleveren). Daarbij gaat het wat Behoud de Parel betreft vooral om het (feitelijk/concreet) in beeld brengen van de problemen van uitstoot om burgers, boeren en gemeente bewust te maken van de problematiek en op basis daarvan te komen tot concrete maatregelen. Van belang is volgens Behoud de Parel om zoveel mogelijk bedrijven te betrekken bij die samenwerking (vanuit maatschappelijk verantwoord ondernemen), zodat ook bij bedrijven zelf gemeten wordt en de bedrijven in staat gesteld worden zelf maatregelen te nemen om de uitstoot te verminderen. Het tweede element van ondersteuning betreft financiële ondersteuning met betrekking tot de verdere ontwikkeling van de hulpmiddelen (hardware, meetdataopslag, meetdata-validatie, data-analyses, meetdata-visualisatie, transport van data, enzovoorts en alle in dat kader benodigde knowhow).
De wethouders geven aan dat de oproep van Behoud de Parel op het juiste moment naar voren komt. Het sluit aan bij de ontwikkelingen binnen en buiten de gemeente, waarbij onder andere gewezen wordt op de ondertekening van de gemeente van het Schone Lucht Akkoord (SLA), waarbinnen ook aandacht gevraagd wordt voor samenwerking met citizen science; de in ontwikkeling zijnde visie veehouderijen en de onvrede die ook bij de gemeente speelt met betrekking tot de gegevens die geleverd worden door meetstation “Hoogheide”, waar al langer discussie over plaats-vindt. Wat de wethouders betreft gaat de gemeente bij een eventuele samenwerking er wel van uit dat op dit punt ook de samenwerking gezocht wordt met de andere gemeenten in de regio. Wethouder Beurskens geeft aan dat hij er van uit gaat dat bij de ontwikkeling van een project meer partijen en metingen op een redelijke schaal nodig zijn om tot uitvoering te komen, ook financieel.
Om te komen tot een meetnetwerk geeft Teus Hagen - de ontwikkelaar van de meetkit die gebruikt kan worden - aan dat per meetkit uitgegaan moet worden van één km2. Indien elke vierkante km van de gemeente Horst aan de Maas (zo’n ruim 120 km2) gedekt zou moeten worden zouden dat 120 meetkits zijn. Maar om adequate gegevens te verzamelen hoef je niet op elke km2 een meetkit neer te zetten, dat is niet alleen financieel, maar ook operationeel niet te verhapstukken.
Door de gemeente wordt er over nagedacht om een lokale pilot te ontwikkelen (bijvoorbeeldin samenwerking met het NGB). Zou die pilot positief verlopen, dan kan er gekeken worden naar een verdere uitrol van het project. Ook de LLTB en Connecting Agro & Food zou daarbij wellicht een samenwerkingspartner kunnen zijn. Op regionaal niveau kan gedacht worden aan samenwerking met het Platform Vitale veehouderij (programmalijn “innovatie en gezonde leefomgeving”), de regionale investeringsagenda Noord Limburg en het interbestuurlijk programma vitaal platteland (IBP) samenwerkingsstructuren waarop een beroep zou kunnen worden gedaan. Deze bestuurlijke samenwerkingsvormen tussen verschillende overheden verstrekken budgetten voor (pilot) projecten die voldoen aan de doelen uit de bestuursafspraken. Een regionaal meetwerk om kennis van emissies en immisses op te doen is er daar één van. Vanuit Behoud de Parel wordt als voorbeeld van een denkbare partij WUR Lifestock genoemd.
Al brainstormend wordt geconcludeerd dat begonnen moet worden met het opstellen en uitschrijven van een plan, met daarin opgenomen: doel, kosten, financiering. Teus Hagen gaat daarover samen met een ambtenaar aan de hand van een concreet Plan van Aanpak over in overleg. Daarbij werkt Teus Hagen samen met een ander lid van Behoud de Parel, Martin Bakker.
Wethouder Beurskens bepleit dat - indien mogelijk - ook “geurmeting” meegenomen wordt in het plan. De gemeente is daarover al langer in gesprek met het RIVM, maar dat heeft vooralsnog geen concreet resultaat opgeleverd. Vanuit Behoud de Parel wordt er op gewezen dat vooralsnog geen eenvoudige/goedkopere “geur”-sensoren te gebruiken zijn. De sensoren die er zijn worden meestal gebruikt binnen de stal en direct buiten de stal, indien het niveau van de ammoniakuitstoot een – hoog liggende – niveau bereikt wordt, om überhaupt iets te meten. Qua kosten moet daarbij gedacht worden aan zo’n € 500 per sensor.
Vanuit Behoud de Parel wordt aangegeven dat uitgangspunt voor haar is, dat een en ander in volledige transparantie plaats vindt. Zo worden alle gegevens van de geplaatste meetkits gepubliceerd via de website van Behoud de Parel. Vanuit de gemeente wordt aangegeven dat dit geen enkel punt is, maar dat eventuele samenwerkingspartners daar straks anders over kunnen denken.
Tijdens de komende ledenvergadering van Behoud de Parel zal verder verslag gedaan worden over de vorderingen met betrekking tot een eventuele samenwerking met de gemeente Horst aan de Maas in het project MySense.