U bent hier
Utrecht – In de periode van 1 augustus 2011 tot augustus 2012 is het voorschrijfgedrag met betrekking tot antibiotica van 67 varkensartsen bekeken. De 190 meest in het oog springende recepten zijn bestudeerd. Daarvan bleken er slechts 92 correct te zijn (zo'n 48%). Desondanks concludeert de Nederlandse Voedsel en waren autoriteit (NVWA) dat varkensdierenartsen vorig jaar zorgvuldiger en terughoudender waren met het voorschrijven van antibiotica dan vier jaar geleden.
Dat blijkt uit het rapport Poortwachter 2012 van de NVWA. Uit de analyse blijkt dat 32 procent preventief is ingezet, meestal als koppelbehandeling, 20 procent is ingezet zonder diagnose en 42 procent is niet ingezet volgens de registratiebeschikking, 15 procent van de behandelingen is niet geëvalueerd en 32 procent is ingezet als standaardbehandeling, bijna altijd preventief.
Ten opzichte van het rapport Poortwachter 2010 deden de dierenartsen het in 2012 iets beter. Toen werden in de helft van de gevallen antibiotica preventief toegepast. Maar duidelijk is dat dierenartsen zich nog altijd niet aan de registratiebeschikking houden en wordt niet altijd voldaan aan de zorgvuldigheidseisen voor het voorschrijven van antibiotica. Er is dus beslist nog ruimte voor verbetering, concludeert de NVWA.
De NVWA stelt dat 12 van de 67 bij het onderzoek betrokken dierenartsen niet handelden volgens de regels van het Veterinair Tuchtcollege en het Veterinair Beroepscollege. Het gaat daarbij steeds om preventieve koppelbehandelingen die standaard worden toegepast, voornamelijk bij zogende en gespeende biggen. Preventief antibioticagebruik is sinds 2011 in strijd met de gebruiksvoorschriften en daarom verboden.
15 procent minder antibioticagebruik in 2012
Uit ander onderzoek - van de Autoriteit Diergeneesmiddelen (SDA)- is gebleken dat het gebruik van antibiotica in de veehouderij in zijn algemeen (kalveren, vleeskuikens en varkens) gemiddeld 15 procent is afgenomen ten opzichte van 2011. Bij de rosé-afmestkalveren nam het antibioticagebruik met 8 procent toe. De Autoriteit Diergeneesmiddelen (SDA) baseert zich daarbij op de basis van de door de diersector aangeleverde cijfers van meer dan 40.000 bedrijven. Uit het onderzoek blijkt overigens dat er in de Nederlandse veehouderij 5 procent meer antibiotica is gebruikt dan op basis van de door Fidin gemelde cijfers lijken te zijn verkocht. De SDA doet onderzoek naar een verklaring hiervoor.
De SDA adviseert op basis van de resultaten om bedrijven verschillende reductiedoelstellingen te geven. Bedrijven die al weinig antibiotica gebruiken, hoeven hiermee een minder grote reductie te bewerkstelligen dan bedrijven die nog veel antibiotica gebruiken. De SDA wil dat de maatregelen vooral gericht zijn op bedrijven die structureel veel antibiotica gebruiken. En dat zijn - volgens eerdere berichten - met name de megabedrijven.
De SDA heeft nu cijfers van twee opeenvolgende jaren, waarmee de bedrijven die twee jaar achtereen veel antibiotica gebruiken in beeld zijn. Via een verbetertraject worden deze bedrijven aangesproken. “We gaan ervan uit dat de veelgebruikers nu in beweging zijn en verwachten dat er in 2014 per sector en bedrijfstype minder bedrijven in het actieniveau zitten. Anders neemt de SDA extra maatregelen”, aldus directeur Hetty van Beers van de SDA.
Bij de antibiotica-aanpak zijn drie niveaus vastgesteld: een streef-, signalerings- en een actieniveau. (code groen, oranje en rood). Bij de actiewaarde is direct actie nodig, bij de signaleringswaarde is sprake van een verhoogd gebruik, dat aandacht vraagt. Bij de streefwaarde is geen verder ingrijpen noodzakelijk.
Van de kalverbedrijven is 27 procent naar een lager gebruiksniveau gegaan en 25 procent naar een hoger niveau. De verdeling van de mestrondes per jaar speelt hierbij mogelijk een rol. Bij de kalveren wordt vooral in het begin van de mestperiode veel antibiotica gebruikt. Over het algemeen concludeert de SDA dat er nog geen substantiële verschuiving is in aantallen bedrijven vanuit het actieniveau naar het lagere gebruiksniveau.
Voor de rundveehouderij zijn niveaus voor het eerst vastgesteld. De streefwaarde voor 2013 wordt 0 tot 3 dagdoseringen per jaar (ddd/j), de actiewaarde op 6 ddd/j.
De verkoop van antibiotica bedroeg in 2012 249 ton, blijkt uit cijfers van de diergeneesmiddelenbranche (Fidin). Dat is 56 procent minder dan in 2007. In 2012 werd 50 procent minder antibiotica verkocht dan in 2011. Dat komt vooral door de afname van verkoop van tetracyclines, die 61 procent van de reductie vormen. De verkoop van voor de mens kritische middelen, zoals fluorochinolonen en derde en vierde generatie cefalosporinen zijn in 2012 met respectievelijk 45 en 94 procent afgenomen ten opzichte van 2011. Deze groep vormt 0,35 procent van de totale antibioticaverkoop.
(Bron: Boerderij: Kees van Dooren, 8 juli 2013/Mariska Vermaas, 9 juli 2013)